Onderzoek woongeluk: Vlaams-Brabanders opvallend gelukkiger met woning dan Brusselaars
Vlaams-Brabanders vertonen een significant hoger woongeluk dan Brusselaars. Dat grote verschil tussen het Brusselse gewest en het omliggende Vlaams-Brabant blijkt in belangrijke mate aangestuurd door de verstedelijking, het al dan niet eigenaar zijn van de woning en last but not least de beleving van de woning op het vlak van gezelligheid, comfort en welzijn. Bij dit laatste valt het op dat Vlaams-Brabanders hun woning een flink stuk gezelliger en comfortabeler ervaren dan Brusselaars. Dit blijkt uit het marktonderzoek* van Reynaers Aluminium naar de woonbeleving van de Belgen.
66% van de Vlaams-Brabanders geeft hun woning een 8 of meer op 10, bij de Brusselaars is dat slechts 45%. Het is duidelijk dat wie woont in grootstedelijke gebieden zoals Brussel met een hoge bevolkingsdichtheid significant minder gelukkig is. Ruim 65% van de Belgen die ongelukkig is met zijn woning, leeft in een stad. Hier staat tegenover dat slechts 13% van de mensen die ongelukkig zijn met hun woning buiten de stad leeft.
Naast de locatie, heeft het al dan niet eigenaar zijn van een woning ook een grote impact op woongeluk. Ruim de helft van de Belgen die ongelukkig is met zijn woning, is huurder. Van de mensen die hun leven een 8 of meer op 10 geven, is ruim 75% eigenaar. Uit de bevraging blijkt dat de frequentie van huurders in steden (31%) opvallend hoger is dan in landelijke gebieden (14%). Dat ruim 7 op 10 Vlaams-Brabanders tegenover de helft van de Brusselaars een eigendom bezitten, verklaart mee dat Vlaams-Brabanders gelukkiger zijn met hun woning dan Brusselaars.
Bijna een vierde van de Belgen die het gelukkigst in het leven staan en ook bovengemiddeld tevreden zijn met hun woning, buurt en buren woont in een open bebouwing. Zo’n 2 op 5 Vlaams-Brabanders wonen in een open bebouwing en ruim een kwart in een halfopen bebouwing, wat mee hun hoger gelukcijfer verklaart. In Brussel ligt dat cijfer echter lager, aangezien meer mensen er in een appartement wonen (71% versus 15% in Vlaams-Brabant).
In tegenstelling tot het meer landelijke Vlaams-Brabant voelen de inwoners van Brussel zich opvallend minder veilig. Bijna 30% van de Brusselaars zou graag wat meer sociale controle hebben in zijn buurt. Een even groot percentage voelt zich vaak onveilig in zijn woning, wat leidt tot een ongelukkig en gestresseerd gevoel. In Vlaams-Brabant is dat slechts voor 10% het geval.
Wie gezellig woont is gelukkiger
Uit het onderzoek blijkt verder dat de beleving van de woning nauw samenhangt met geluk. Opnieuw zijn er duidelijke verschillen tussen Brussel en Vlaams-Brabant op het vlak van belevingsfactoren zoals comfort en gezelligheid. Zo geeft 71% Vlaams-Brabanders aan comfortabel te wonen, tegenover 2 op 5 Brusselaars die zeggen dat ze veel meer comfort willen en liever in een betere woning zouden leven. Verder zegt 68% Vlaams-Brabanders dat ze gezellig wonen tegenover 44% Brusselaars. Bijna de helft van de inwoners van het Brussels Gewest hecht op zijn beurt veel meer belang aan uiterlijk en aanzien van de woning tegenover 24% in Vlaams-Brabant.
Essentieel in de beleving van de woning is dat men er tot rust kan komen. 76% van de mensen die bovengemiddeld gelukkig zijn, geven aan thuis volledig te kunnen ontspannen. Bij de Vlaams-Brabanders is dat het geval voor 79% en bij de Brusselaars voor 67%.
“Uit de resultaten van onze bevraging wordt duidelijk een positieve woonbeleving erg belangrijk is voor het geluksgevoel van mensen. Dit blijkt onder meer uit het fors gegroeide belang dat mensen hechten aan steeds grotere raampartijen die extra licht en gezelligheid in de woning brengen. Ook de aandacht voor harmonie tussen de kleur van ramen en deuren met de inrichting van de woning onderschrijft deze trend”, aldus Peter Ottevaere, woordvoerder van Reynaers Aluminium.
*Dit blijkt uit een studie in opdracht van Reynaers Aluminium uitgevoerd in december 2018 uitgevoerd door een onafhankelijk onderzoeksbureau bij een steekproef van 1.000 Belgen representatief op geslacht, taal, leeftijd, diploma en regio met een maximale foutenmarge van 3,02%.